coke in keulen

Coke in Keulen

Geïndoctrineerd volgens goed Gereformeerde opvoeding, ben ik altijd huiverig om een rooms-katholieke kerk in te lopen. Nu wil ik dat op vakantie nog wel eens doen, om ergens semi-vroom een karma-afkopend kaarsje aan te steken. Ik denk even aan een geliefde dode en hoop vervolgens dat mijn ene eurootje alleen wordt gebruikt om de gebouwen van te onderhouden, niet om het salaris van kwezelige kazuivelknakkers te betalen die er verfoeilijke vleselijke verlangens op nahouden.

Nu wilde het feit dat ik een weekendje in Keulen was met een daadwerkelijk gelóvige rooms-katholieke vriendin – bijna een contradictie in terminus, want de meeste Katholieken, zo leerden wij vroeger in de échte kerk, waren “op wieltjes”. Salonfähig dwepend met het ceremoniële biechtgebeuren tussen walmende wierook en bloedende Christussen in. Maar ‘when in Rome’ werd ‘wann in Köln’ en het leek mijn vriendin fijn om een eredienst bij te wonen in de Dom – een overigens magistraal gotisch kathedraaltje, daar kunnen de Protestantse godshuizen nog een puntje aan zuigen – no pun intended.

Aldus geschiedde en woonde ik voor het eerst sinds mijn vrij zondige leven eens een paapse misdienst bij. Ach en als je het dan toch doet, dan werkt een dergelijk devoot decor best mee voor de ultimate episcopal experience. In een met krullend hekwerk afgezette nis brandde de godslamp, om aan te geven dat we daar, in een gevoelstemperatuur van min acht, mochten plaatsnemen. Ik moest me bedwingen om mijn opborrelende Madonna in te houden en niet, wulps kronkelend tegen het ijzer, ‘Life is a mystery’ in te zetten. Tevergeefs zocht ik naar een tot leven komende verlosser in scabreuze lendendoek. Om mijn afstralende cynisme te verhullen en om mijn vriendin de ruimte te geven haar geloof optimaal te beleven, nam ik schuin achter haar plaats op de één na achterste bank. Weggedoken in mijn jas probeerde het gebeuren maar te zien als een oefening in ruimdenkendheid en geduld. Ieder z’n ding, zij zou ook met mij meegaan naar een yogasessie als deze in dezelfde Dom had plaatsgevonden.

Terwijl er een stokoude priester in het Latijn prevelde en door een dubieus jongere knaap werd bewierookt, werd ik afgeleid door continu rumoerigheid één bank achter mij. Aan de andere kant van het gangpad was er weinig sprake van liturgische viering, afgaande op het gemompel, geritsel, gepraat, gelach. Kortom; onrust. En als ik iets nog weet van mijn kerkelijke jeugd is het wel: in de kerk ben je stil, daarom zuigen we pepermuntjes. We zijn tenslotte geen Pinkstergemeente. Ik vond het gebeuren vervelend voor mijn vriendin, hoewel vooralsnog opgaand in gebed en gezang, en dacht weer aan mezelf wanneer ik nu in alle rust yoga zou willen doen. Dus draaide ik tenslotte mijn meest geïrriteerde blik richting rechtsachter, theatraal “ssst” grommend.

Oog in oog stond ik met twee tandeloze vervuilde zwervers die, omgeven door plastic tassen en blikjes bier, hier niet hun handen ophielden voor aanbidding of hosties, maar druk bezig waren met een wonderbaarlijke vermenigvuldiging van zakjes witte poeder. Op hun uitgemergelde grauwe gezichten stond het leven getekend en de blikken die deze twee – in mijn ogen – zondaars me toewierpen deden me als de sodemieter omdraaien. Mijn hart klopte in mijn keel, in twee tellen zat ik in een Tarantino film waarin zo meteen deze betrapte drugsdealers een gun uit hun tas zouden trekken en we in een mass church shooting zouden zitten. Acuut begon ik te bidden dat deze beker aan mij voorbij zou gaan, van de kou en spanning heen en weer wiegend als een Jood voor de Klaagmuur. Wonderbaarlijk genoeg nam één van de twee schooiers nog deel aan de eucharistieviering ook, terwijl ik bleef zitten op mijn verkleumde heidense togus. Na afloop kwam een mede mis-vierder achter me naar me toe om te zeggen: ik heb voor je gebeden, ik zag dat je worstelde met het aannemen van God’s liefde. De drugsdealers haastten zich, gezegend en al, de kerk uit, terug de nacht in. Toen ik me omdraaide was de dame die me aansprak plots verdwenen. Inderdaad: life is a mystery and God works in mysterious ways… Wellicht is er nog hoop voor deze zondaar.



Coke in Keulen

Geïndoctrineerd volgens goed Gereformeerde opvoeding, ben ik altijd huiverig om een rooms-katholieke kerk in te lopen. Nu wil ik dat op vakantie nog wel eens doen, om ergens semi-vroom een karma-afkopend kaarsje aan te steken. Ik denk even aan een geliefde dode en hoop vervolgens dat mijn ene eurootje alleen wordt gebruikt om de gebouwen van te onderhouden, niet om het salaris van kwezelige kazuivelknakkers te betalen die er verfoeilijke vleselijke verlangens op nahouden.

Nu wilde het feit dat ik een weekendje in Keulen was met een daadwerkelijk gelóvige rooms-katholieke vriendin – bijna een contradictie in terminus, want de meeste Katholieken, zo leerden wij vroeger in de échte kerk, waren “op wieltjes”. Salonfähig dwepend met het ceremoniële biechtgebeuren tussen walmende wierook en bloedende Christussen in. Maar ‘when in Rome’ werd ‘wann in Köln’ en het leek mijn vriendin fijn om een eredienst bij te wonen in de Dom – een overigens magistraal gotisch kathedraaltje, daar kunnen de Protestantse godshuizen nog een puntje aan zuigen – no pun intended.

Aldus geschiedde en woonde ik voor het eerst sinds mijn vrij zondige leven eens een paapse misdienst bij. Ach en als je het dan toch doet, dan werkt een dergelijk devoot decor best mee voor de ultimate episcopal experience. In een met krullend hekwerk afgezette nis brandde de godslamp, om aan te geven dat we daar, in een gevoelstemperatuur van min acht, mochten plaatsnemen. Ik moest me bedwingen om mijn opborrelende Madonna in te houden en niet, wulps kronkelend tegen het ijzer, ‘Life is a mystery’ in te zetten. Tevergeefs zocht ik naar een tot leven komende verlosser in scabreuze lendendoek. Om mijn afstralende cynisme te verhullen en om mijn vriendin de ruimte te geven haar geloof optimaal te beleven, nam ik schuin achter haar plaats op de één na achterste bank. Weggedoken in mijn jas probeerde het gebeuren maar te zien als een oefening in ruimdenkendheid en geduld. Ieder z’n ding, zij zou ook met mij meegaan naar een yogasessie als deze in dezelfde Dom had plaatsgevonden.

Terwijl er een stokoude priester in het Latijn prevelde en door een dubieus jongere knaap werd bewierookt, werd ik afgeleid door continu rumoerigheid één bank achter mij. Aan de andere kant van het gangpad was er weinig sprake van liturgische viering, afgaande op het gemompel, geritsel, gepraat, gelach. Kortom; onrust. En als ik iets nog weet van mijn kerkelijke jeugd is het wel: in de kerk ben je stil, daarom zuigen we pepermuntjes. We zijn tenslotte geen Pinkstergemeente. Ik vond het gebeuren vervelend voor mijn vriendin, hoewel vooralsnog opgaand in gebed en gezang, en dacht weer aan mezelf wanneer ik nu in alle rust yoga zou willen doen. Dus draaide ik tenslotte mijn meest geïrriteerde blik richting rechtsachter, theatraal “ssst” grommend.

Oog in oog stond ik met twee tandeloze vervuilde zwervers die, omgeven door plastic tassen en blikjes bier, hier niet hun handen ophielden voor aanbidding of hosties, maar druk bezig waren met een wonderbaarlijke vermenigvuldiging van zakjes witte poeder. Op hun uitgemergelde grauwe gezichten stond het leven getekend en de blikken die deze twee – in mijn ogen - zondaars me toewierpen deden me als de sodemieter omdraaien. Mijn hart klopte in mijn keel, in twee tellen zat ik in een Tarantino film waarin zo meteen deze betrapte drugsdealers een gun uit hun tas zouden trekken en we in een mass church shooting zouden zitten. Acuut begon ik te bidden dat deze beker aan mij voorbij zou gaan, van de kou en spanning heen en weer wiegend als een Jood voor de Klaagmuur. Wonderbaarlijk genoeg nam één van de twee schooiers nog deel aan de eucharistieviering ook, terwijl ik bleef zitten op mijn verkleumde heidense togus. Na afloop kwam een mede mis-vierder achter me naar me toe om te zeggen: ik heb voor je gebeden, ik zag dat je worstelde met het aannemen van God’s liefde. De drugsdealers haastten zich, gezegend en al, de kerk uit, terug de nacht in. Toen ik me omdraaide was de dame die me aansprak plots verdwenen. Inderdaad: life is a mystery and God works in mysterious ways… Wellicht is er nog hoop voor deze zondaar.