te laat

Te laat

Het gaat er gewoon niet in bij mij. Mensen die structureel te laat komen. Hoe krijg je het voor elkaar? In wat voor wereld leef je dat er een moment komt dat je vrienden (zonder dat jij het weet) zeker 20 minuten extra rekenen bij jouw aankomsttijd? Ik begrijp het niet, ik wil het niet begrijpen, sterker nog; ik vind het respectloos. Te laat komen is een dikke middelvinger opsteken naar de ander: wij hebben misschien een afspraak, maar ik doe eerst nog even dingen die ik belangrijker/leuker/interessanter vind. Ik háát de nonchalante berichtjes in mijn telefoon op het moment van de afspraak zelf; ‘Stap nu op de fiets, wordt iets later’… Hoezo?! Als je een afspraak hebt, dan hou je er toch rekening mee dat je op tijd moet vertrekken? Dat is toch het hele idee van een AFSPRAAK?

Zelf ben ik altijd overal te vroeg. Dat is ook niet fijn, maar door teveel haast leef je korter, schijnt. En aangezien ik ook geen vlees eet, kan ik zeker 80 worden. Nog bijna 40 jaar te gaan aan ‘te vroeg zijn’, ik zou er vloeiend Chinees in kunnen leren spreken.  Als ik ergens anders een hekel aan heb dan aan laatkomers, is het om te moeten haasten. Dus sta ik vrijwel altijd een kwartier nutteloos op een tochtig perron, zit ik regelmatig ruim tien minuten alleen in een restaurant op een afspraak te wachten (waardoor ik ofwel 1 koffie ofwel 1 wijn voorloop, wat weer onhandig is voor die irritante mensen die altijd de rekening willen splitten) of ploeg ik in een te warme wachtkamer de hele, maandenoude, leesmap voor, omdat door mijn vroegkomen en de dokter/tandarts/specialist’s eeuwige uitlopen ik zeker een uur te doden heb. De enigen die mij hierin overtreffen, zijn mijn zus en mijn moeder. Iets wat ik enorm irritant vind; niet omdat ik moet ‘winnen’, maar omdat ik me dus altijd moet haasten als ik met hen afspreek, want zij zijn nóg eerder ergens dan ik. Waardoor ik ofwel gehaast ofwel te laat aankom, en er zo weer een jaar van mijn leven af is.

Ik ben alleen te laat als ik in een file sta, of wanneer een trein niet rijdt. Maar die file vermijd ik door te treinen, en aangezien ik vaak zo vroeg ben dat ik de eerdere trein kan nemen, ontkom ik ook daar aan het laat komen. Ook heb ik wel eens een vliegtuig met vertraging, maar dat telt niet, want aan de andere kant is er niemand die op me wacht. En zelfs als dat wel zo was, is er in alle landen buiten Noord-Europa een afsprakenmodus waar ik acuut huiduitslag, rugrillingen en kloppende voorhoofdsaderen van krijg. Natuurlijk, laisser-faire, Mañana Mañana, Bonbonbloc, allemaal leuk en charmant, maar als ik plek maak in mijn agenda voor jou, verwacht ik graag hetzelfde terug.

Telkens als het weer gebeurt, want het zijn altijd dezelfden, neem ik me voor om gewoon die persoon een half uur eerder te laten ‘afspreken’. Zodat we op hetzelfde moment aankomen. Maar ja. Dan begint het toch te knagen – wat nou als hij of zij zich er voor die ene keer aan houdt? Dan ben ik dus te laat, of moet me haasten. Nee. Want nog liever dan op tijd zijn, weet ik het allerliefste gewoon waar ik aan toe ben.



Te laat

Het gaat er gewoon niet in bij mij. Mensen die structureel te laat komen. Hoe krijg je het voor elkaar? In wat voor wereld leef je dat er een moment komt dat je vrienden (zonder dat jij het weet) zeker 20 minuten extra rekenen bij jouw aankomsttijd? Ik begrijp het niet, ik wil het niet begrijpen, sterker nog; ik vind het respectloos. Te laat komen is een dikke middelvinger opsteken naar de ander: wij hebben misschien een afspraak, maar ik doe eerst nog even dingen die ik belangrijker/leuker/interessanter vind. Ik háát de nonchalante berichtjes in mijn telefoon op het moment van de afspraak zelf; ‘Stap nu op de fiets, wordt iets later’… Hoezo?! Als je een afspraak hebt, dan hou je er toch rekening mee dat je op tijd moet vertrekken? Dat is toch het hele idee van een AFSPRAAK?

Zelf ben ik altijd overal te vroeg. Dat is ook niet fijn, maar door teveel haast leef je korter, schijnt. En aangezien ik ook geen vlees eet, kan ik zeker 80 worden. Nog bijna 40 jaar te gaan aan ‘te vroeg zijn’, ik zou er vloeiend Chinees in kunnen leren spreken.  Als ik ergens anders een hekel aan heb dan aan laatkomers, is het om te moeten haasten. Dus sta ik vrijwel altijd een kwartier nutteloos op een tochtig perron, zit ik regelmatig ruim tien minuten alleen in een restaurant op een afspraak te wachten (waardoor ik ofwel 1 koffie ofwel 1 wijn voorloop, wat weer onhandig is voor die irritante mensen die altijd de rekening willen splitten) of ploeg ik in een te warme wachtkamer de hele, maandenoude, leesmap voor, omdat door mijn vroegkomen en de dokter/tandarts/specialist’s eeuwige uitlopen ik zeker een uur te doden heb. De enigen die mij hierin overtreffen, zijn mijn zus en mijn moeder. Iets wat ik enorm irritant vind; niet omdat ik moet ‘winnen’, maar omdat ik me dus altijd moet haasten als ik met hen afspreek, want zij zijn nóg eerder ergens dan ik. Waardoor ik ofwel gehaast ofwel te laat aankom, en er zo weer een jaar van mijn leven af is.

Ik ben alleen te laat als ik in een file sta, of wanneer een trein niet rijdt. Maar die file vermijd ik door te treinen, en aangezien ik vaak zo vroeg ben dat ik de eerdere trein kan nemen, ontkom ik ook daar aan het laat komen. Ook heb ik wel eens een vliegtuig met vertraging, maar dat telt niet, want aan de andere kant is er niemand die op me wacht. En zelfs als dat wel zo was, is er in alle landen buiten Noord-Europa een afsprakenmodus waar ik acuut huiduitslag, rugrillingen en kloppende voorhoofdsaderen van krijg. Natuurlijk, laisser-faire, Mañana Mañana, Bonbonbloc, allemaal leuk en charmant, maar als ik plek maak in mijn agenda voor jou, verwacht ik graag hetzelfde terug.

Telkens als het weer gebeurt, want het zijn altijd dezelfden, neem ik me voor om gewoon die persoon een half uur eerder te laten ‘afspreken’. Zodat we op hetzelfde moment aankomen. Maar ja. Dan begint het toch te knagen – wat nou als hij of zij zich er voor die ene keer aan houdt? Dan ben ik dus te laat, of moet me haasten. Nee. Want nog liever dan op tijd zijn, weet ik het allerliefste gewoon waar ik aan toe ben.